
Het is 1990. Wij zijn zwanger van Avital. Het is
zondagavond. Zes uur. Tijd voor Sesamstraat. Yoni, nog net geen drie jaar, en
ik samen op de bank. VOF De Kunst zingt en speelt “Dikkertje Dap”. Op dat
moment in a split second brandontwikkeling in de open haard. Ik bel meteen de brandweer.
Een paar minuten later arriveert de groep helden. Yoni wordt in veiligheid
gebracht bij buren. Zijn moeder blijft bij hem. Als stoere knaap ben ik erbij
en neem alles waar, maar geloof me, het gaat me dun door de broek. Shaken. Een
roetbrand. De binnenhuisarchitect Jos Speller maakt de verkeerde tekeningen en
voert de directie bij de uitvoering. De aannemer Leo Backer die overigens wel binnen vijf
minuten aanwezig is (in tegenstelling tot de arrogante Speller, die één of twee
dagen later ’s komt kijken) erkent meteen schuld. Hij is verzekerd. Zijn
tekst: “Tuurlijk heb ik schuld, maar de verantwoordelijkheid blijft bij de
binnenhuisarchitect”. De verzekeringsexpert, een hockeyvriendje blijkt, geeft
nauwgezet uitleg en tips wat wel geclaimd wordt. Intussen zit je met de
ellende. Later, veel later, wordt Speller door de rechter voor de maximale
straf en boete veroordeeld. Toen dfl 4999,99. Sommigen maken nog steeds gebruik van zijn diensten...
Later komt later. Altijd later. Wij pakken het leven
weer op, huis wordt hersteld. Alles rond. Een trauma is ook van de partij. Zo
blijkt. Fik in je eigen huis. Met je kind naast je op de bank. Een zwangere
buik. Een fikse binnenbrand. Roetbrand dus. De lucht, de geur van brand blijft
altijd bij. Van het opzetten van een pannetje op een fornuis, tot het aansteken
van een lucifer. Of erger nog. Ik ben er heel vatbaar voor. Traumatisch is
steeds zo’n ervaring, als je onwillekeurig jezelf confronteert met de fik op
het moment van Sesamstraat, VOF De Kunst en Dikkertje Dap. En weet je nog:
Tevje in Sesamstraat. ”Meneer Lex”. Lex
Goudsmit.
Ik kijk nu niet meer. Ik weet zeker dat alle
kindertjes en kinderen dagelijks Sesamstraat kijken. Ik volg mijn eigen hoge
kijkcijfers en waardering. En nu zegt die gek dat wij, Ernie en ik en al onze
vriendjes, dat wij moeten oprotten. Ik ben niet blij.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten