De grens is de verkorte versie voor de grensrechter.
Zaterdagavond 23 november 2013 weer zo genoten van de grens. De grens die onder
ons stond, we keken op z’n kale kop vanaf onze vaste zetels bij Ajax. Mijn zoon
en ik.
Toen ikzelf nog tophockey keepte hadden we goeie en minder
goeie scheidsrechters. Ik gaf ze altijd een handje om hen te bedanken voor de
leiding. Zo hoort ‘t. Als je dat in je hele sportleven wel honderden keren zo
gedaan hebt, dan mag je best wel ’s minder vleiend over zo’n fluiter vertellen.
Er was er eentje, toen nog een broekje, een lange en slome
pierlala die flink solliciteerde naar de Lacher
van de Week. Door die week was hij waarschijnlijk vierde assistent in het
magazijn van het filiaal van een schroefjes- en moertjesfabriek. Met een
stofjas aan. Zo’n grijze stofjas.
Jaren geleden was een bekend gezicht op de Nederlandse
eredivisie voetbalvelden de Engelse trainer Barry Hughes. Altijd een pet op de
kale kop. Voetbalhumor.
Op een gegeven moment pakte ie een feestfluitje (moet
je op blazen en dan rolt ie uit, de fluit en hij fluit ook een fluitgeluid).
Een paar stappen richting grensrechter en…blázen! De tribunes lagen plat.
Studio Sport heeft het feit menigmaal herhaald en prominent in beeld gebracht.
Eigenlijk zou je een pietsie mededogen met zo’n grens moeten hebben, maar nee,
het was lachen.
Zo ook de trainer Rinus Israel. Amsterdammer met humor. Da’s
een pleonasme. Enfin, Israel riep ooit, met de televisiecamera in het vizier, naar
de grens met de kale kop: “Hé, krullenkop, ga nou ’s uit je doppen kijken.”
Scheidsrechters hebben het in de ogen van de supporters en
van de spelers vaak gedaan. Ze kunnen
niet veel doen, of… Geloof me, dat is niks voor mij, zo ga je niet om met de scheidsrechter, als
speler niet en als supporter niet. Bij voetbal wordt al
gauw de scheids vergeleken met een lichaamsdeel van een reu. Hockeypubliek, ik
herinner me Bloemendaal, zong op de zelfde melodie ‘..de scheidsrechter is
seropositief, seropositief..’. Ook niet fijntjes. In binnen- en buitenland
wordt menigmaal verwezen naar het vermeende beroep van de moeder van de
scheids. Hmm, past wel bij veel voetbalpubliek.
Maar eergisteravond weer genoten. Met mijn zoon. Da’s één.
Naar Ajax, da’s twee. Een overwinning nummer drie. Vier is het prachtige spel
van de Ajacied Daley Blind. Beste man in het veld.
De man buiten het veld, dravend langs de lijn, eiste
werkelijk de hoofdrol van de avond op. Wij zitten op de eerste ring rij acht
met een prima zicht en redelijk dicht op de doellijn, in het verlengde van die
lijn dus. De grens hobbelt wat heen en weer van links naar rechts en weer
terug. Voorafgaand aan de wedstrijd gaan
ze, de arbiter en zijn assistenten (zonder schmink en gouden oorringen) een
warming up uitvoeren, als een ware show voor een volle zaal, volleerd
toneelspelers. Pikoppoetsers avant la
lettre. Zijn tenue heeft dezelfde uitwerking als strepen en sterren op een
uniform.
Een prachtig uniform, opvallende kleuren, de naam van de
sponsor, die zo blij met z’n mannen is, witte dunne beentjes en maar rennen
langs de lijn. Hier en daar zwaaien naar iemand die alvast aan het sneren was.
De wedstrijd begint. En omdat ik alles zie, zie ik ook onze chef stuntelaar.
Zwaaien met zijn vlaggetje pas nadat de scheids in een bepaalde richting had
gewezen. Met dichtgeknepen billen zich steeds afvragend wat er nu weer aan de
hand was en welk regeltje werd overtreden en goed oplettend dat de bal over de
lijn werd getrapt. Het enig wezenlijke dat de vogel moet bijhouden is de
buitenspelval. Ik durf te beweren dat álle vrouwen de buitenspelregel beter
kunnen uitleggen dan de grens van zaterdag. De situatie ga ik nu niet helemaal
beschrijven, maar hij stak zijn vlaggetje de lucht in ten teken van, maar de
scheidrechter vermande zich en vermaande de grens door z’n microfoontje en de
boodschap kwam over bij de grens. Hij kromp een centimeter en knikte dat ie het
had begrepen…De mensen op de tribune moesten lachen, een paar opmerkingen, maar
het meest significant was de algehele compassie met deze schlemiel. De grens. Zien,
dat deed ie niet zoveel. Ik zag zo uit de stripverhalen van Peter van Straaten
de hilarische karakters Dijk en Stuiter terug.
’s Avonds laat kwam ie thuis. Zijn vrouw, met compassie:
“Hoe was ’t vanavond?”
Hij: “Ik heb lekker gevlagd."
't is weer een goeie!!!
BeantwoordenVerwijderenX G
Ik zou nu spontaan eens een voetbalwedstrijd live willen meemaken; vrees echter dat ik niets van de wedstrijd zou zien, maar alles eromheen! Misschien wil G. wel met me mee. Lachen!
BeantwoordenVerwijderenAnnelies