woensdag 8 oktober 2014

De naam van het huis

Toen de straten nog geen namen hadden en dus de huizen geen nummer, gek de postcode was er toen ook nog niet, hadden veel huizen en boerderijen een naam. Zo kon je iemand gemakkelijk de weg wijzen. 
Straatnamen kwamen overigens pas in de Middeleeuwen.
Nu hebben die huizen een naam omdat de bewoner wat te vertellen heeft. 
Aan de basis van iedere naamgeving ligt de drang de dingen te benoemen, benamen. Er zijn veel motieven om een huis een naam te geven. Alle namen die ik ken zal ik nu niet opschrijven. Boerderijen kregen ook vaak de naam van de familie. Dat leidde soms tot enige rariteit. De ex-voetballer Jan Vennegoor of Hesselink, die kwam weg van de boerderij Vennegoor, vernoemd naar de familie met die naam én dezelfde boerderij droeg ook de naam Hesselink. De rest kun je invullen. Enfin, veel huizen hebben dus een naam. Een publicitaire waarde heeft het zeker. Aandacht en na een paar keer herhaald vergeet je het nimmer meer. Zo ook met uithangborden, van vér vóór de neontijd. De bekendste zijn die natuurlijk van de kapper en de drogist, maar geloof me, er zijn er wel honderden. Een prachtige tentoonstelling van oude uithangborden vind je in Museé Carnavalet, Le Marais, Parijs. Zowel op de uithangborden als in de namen tref je niet zelden de nodige overdrijving. En dat op zich is al geestig.

Mijn Opa Louis en Oma Bertha Vromen woonden in Lochem, waar anders?, in de Tramstraat. Hun huis heette: ‘Mon Désir’. Hoef ik niet uit te leggen wel? Ná de oorlog kochten mijn ouders ons huis aan de Haitsma Mulierlaan 21 in Berkeloord, Lochem. Ons huis heette: ‘’t Zunneke’. En toen werd ik geboren. Het verlengde van de Haitsma Mulierlaan, langs de vijvers, is de Marinus Naefflaan. Naast een laantje dat naar het kraaienbos loopt en verderop naar kasteel ‘De Cloese’ staat een huis met de naam ‘’t Keppelke’. Dus het laantje werd Keppellaantje genoemd. Ik vond toen al die naam wel geinig. Wie geeft zijn huis nou de naam van het Joods hoofddeksel keppel, of keppeltje. Ook kipa of yarmulke. Hoe dan ook een dubbel dak boven het hoofd.
De andere kant op van ons huis, richting stad, stond het huis waar mijn vriendje Abje Brink woonde. Dat huis heette ‘De Trekvogels’. Vond ik toen al een rare, of liever bedenkelijke naam.
In Lochem op de kruising van de Zutphensweg, Barchemseweg, Zwiepseweg, Nieuwstad en Albert Hahnweg staan vier monumentale villa’s. Java, Sumatra, Celebes en Borneo. Daar begint dus al mijn Indonesische connectie. Er waren overigens nog véél meer huizen met een Indonesische naam.
Altijd als wij naar Knokke reden, de snelwegen waren toen nog niet zo talrijk, reden wij ‘binnendoor’ van Breda naar Antwerpen. In Prinsenbeek stond het huis van de ploegleider van de wielrenners, Kees Pellenaars. Het huis heette: ‘Hier is ‘t’. Wat dat ’t was, is mij tot op de dag van vandaag onbekend.
Mijn ouders hadden kennissen in Zwolle. Op de Wipstrikkerallee. Later is op diezelfde straat mijn oudste echte vriend Willem Beukema gaan wonen. Hij leeft helaas niet meer. Enfin, terug naar die kennis. Het huis heette:’Maenbro’. Ja, en dan moet je maar weten wat dát nu weer inhoudt.
Met de nodige omwegen en obstakels onderweg beland ik in februari 2013 in mijn nieuwe paleis in Amstelveen. Altijd al een naam willen geven. Ik had ooit in petto voor ons huis in de Gerrit van Heemskerklaan, Amstelveen, waar Yoni, Avital en ik woonden: ‘Vromen Bay’. Da’s om onverklaarbare reden er nooit van gekomen. De schade nu ingehaald en mijn flat heet nu ‘Berthuus’.

Prijsvraag! Stuur me geheel vrijblijvend jouw huizennamen top 5 en ik, de jury en ik bepalen de winnaar. Je kan me op meerdere manieren bereiken. Sluitingstijd twee weken ná plaatsing van deze blog. Ben nieuwsgierig hoe interactief jullie zijn. Maenbro betekent mazzel en brooche. Geluk en zegen. Dat wat ik je toewens. Ook in de huizennamencompetitie.


1 opmerking: