dinsdag 5 juli 2016

Het RMIB is een serieuze business



 

Het Koninklijk Meteorologisch Instituut van Belgie is net als in Nederland erg belangrijk, want waar praten wij over? Over de wedstrijd van Ajax overmorgen tegen FC Huppeldepup, wat de volgende editie –daar heb je ‘m weer – ons brengen zal. Wie er gaat scheiden of de tijd uitgaat. En zeg heb je de laatste aflevering van de Blog van de Woch al gelezen of één van de zeven boeken van Bert Vromen. Niet in de laatste plaats: wat doet het weer vandaag. Kijk mijn vertrouwen is daar  al lang opgezegd, want ons KNMI heeft het steeds bij het verkeerde eind. Dan maar eens nader een heel scala weerberichten sparen met de weersvoorspelling van de dag, in de hoop dat ze vóóruit kunnen voorspellen. Ik ken twee voorspellingen en die zijn altijd goed. Weer in Apeldoorn regen. Als de wind komt van uit het westen. Regen gaat oostwaarts en iets verderop ligt een aantal heuveltjes en de wolken moet zich daar een weg tegen aan banen, laten bij gemis aan vaste drollen, nu water, regen, buien. Klok er op gelijk zetten: regen dan altijd in Apeldoorn. Rest droog.  Een ander voorbeeld is het schiereilandje Noirmoutier, zoek maar op in Frankrijk, zuid oost hoek van Bretagne vlakbij Saint-Nazaire en het eilandje heet officieel Ile de Nourmoitier. Wolken moeten aldaar met de wind uit het zuid west stijgen vanwege het eilandje. Vlak achter de kust uitgeregend en werkelijk het droogste plekje van de Vendee, zuid west kant Bretagne. In de twee gehuchten, dorpen is al te veel, met camping, lokale boodschapper, een paar restaurants en in het iets verder op liggende Pornic, een plaats met een ach, aardige vissersplaats. Bijzonder is op de kade een tiental visrestaurants. Tous complets maar voor ons niet. Droog weer, geen spet regen en het beste voer voor weinig geld. Pornic. Kom er best wel vaak. Ik ben een circusnummer wanneer ik het weerbericht voorlees.
Ja, maar nou komt het. Het weer wordt  besproken. Te warm, te nat, te droog, te koud. De tijd niet goed doorgekomen…. File rijden en daarop de tijd instellen. En te droog. File. Te nat. File. En wat wil het toeval nu…het is al dagen-, wekenlang van slag. Niet alleen dit jaar, maar elk jaar sinds we het woord “Klimaatverwarming”, of iets wat er op lijkt. Allemaal goed. Het is nu woensdag 5 juli 2016. De zon staat uit. De parasols staan gespannen. De zwembaden liggen vol. Op de  stranden is geen plekje te krijgen. Op de terrassen wordt geknokt om een plekje op je ‘favoriete’ terras. En er gebeurt niks. De hele wereld is van slag. Overvolle magazijnen met zonnebrand, bikini’s, groente hartstikke duur, maar de wintergroente kun je nu uit elke hoek van de aardkloot bemachtigen. O ja…kruimige aardappelen uit Israel. Demonstreren! Wintersport doe je altijd maar niet in de winter. Kijk op ieder plekje waar ik mij thuis zal voelen, is er wel iets aan de hand. Het is de fout, fout, fout van de inkoper dames- en herenmode. Niet dat ik veel verstand heb van mode, maar er moet toch een lampje gaan branden. Je verkoopt, onderdeel van marketing, datgene waar de hele wereld om schreeuwt! Alle landgenoten zeuren ons de kop krom om winterkleding te leveren, er is geld zat.
Nee, dan de inkopers die schrijven ons de wet voor. Winter is winterkleding. Ga zo maar door. De seizoenen zie je aan je fantasie voorbij vliegen, gelijk de seizoensopruimingen, want we blijven Nederlanders om ook die trend nauwgezet te volgen. Het is 5 juli 2016, sinds mensenheugenis zo lang, zo koud, zo veel regen zo zeggen ons de meteorologen, de bijbehorende temperaturen en de regen die bij bakken de hemel uitkomt. Vandaag 15 uur regen. Vandaag vijftien uren neerslag. Zo lang, zo veel. Heel veel per minuut per vierkante centimeter. Onze garderobe is er niet op aangepast. De wintergarderobe hangt al in de kast, de zomergarderobe schreeuwt er om naar buiten te komen, gedragen te worden. Nee, vriend, je gaat me te snel door de bocht. Het niks niets vermoedende leert ons nu dat het december 2016 is en dat nu de zomerkledij uit de kast moet. En nu de winterse truien, broeken, allemaal potdicht. Het is te gemakkelijk om de schuld aan de miljoenen wetenschappers die er iets mee van doen hebben, of een dooddoener de meteorologen. Ik vind het zo sneu voor hen.
Maar goed: de “Wet van de Zwiepse grond” leert ons snel dat je je moet aanpassen aan de markt. De markt vraagt nu om winterkleding. En die hebben we nog bij ladingen in de magazijnen liggen. Dat houdt een dikke honderd-, tweehonderd duizenden nu nog aan de slag. Geen zaak meer over de kop. Met andere woorden: het is NU winter, winterkleding en over een half jaar hetzelfde.  

 

 

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten