Het is tussen mijn 20ste en 25ste
dat ik Milly en Sandór Schiferli tegenkom. Waar weet ik niet meer. Wel wat zij
mij te vertellen hebben. Zij hebben samen het modellenbureau Talentscouting. O.
Op de Keizersgracht. Aha. Ja, wij hebben een enorm tekort aan mannen tussen de
20 en 25 jaar. Nou, dat komt goed uit,
want dat ben ik precies. En kan nog wel een paar jaar mee. Op hun kantoor onder
genot van koffie wordt een aantal Polaroids genomen. Dat gaat de goeie kant op.
Met een beetje mazzel kun je een paar centen verdienen… En met iets meer mazzel
idem centen. Alras stromen de opdrachten binnen. Er is inderdaad een tekort. En
bij gebrek aan beter kom ik in commercials, advertenties, op voorpagina van een
magazine. Je ligt in een deuk. Voor een bepaalde opname moest ik in kamerjas in
een badkamer mij nat scheren, met vooral een flinke klodder scheerschuim op de
kop. Achter mij zit een bevallige dame in het bad. Onder bet badschuim. Kortom
het is niet altijd feest. Voor banken, verzekeraars. Ik vind het prima. De
centen puilen het spaarvarken uit.
Tot ik de volgende opdracht krijg voor een fotoshoot
in Zevenaar. Waar? In Zevenaar. Per uur zoveel, ná zes dubbel en reistijd geldt
per uur. Kilometers fors declarabel. Kortom een honorarium waar ik Ja! tegen
zeg. Het is voor de cover van een boek. Ik neem een vrije middag en rijd naar
Zevenaar. Ik moet er om twee uur zijn, dus tuf weg om twaalf uur. Ik kom aan
bij een prachtig boerderij-achtig huis aan de rand van Zevenaar. Koddig. Ik
word ontvangen achterom, de deur is los, in de keuken. De fotograaf is er en de
aardige, gastvrije mevrouw en meneer. Het doel wordt mij uitgelegd. Ik moet
buiten staan, in een takkenbosje gluren door een raam met een houten kozijn.
Van buiten naar binnen. Naar de keuken. Vooruit, aan de slag. Nee, dat zie je
verkeerd. Wij beginnen pas als het donker is. De teller tikt door. Wij praten
wat, converseren en moeder overste
tovert een waarlijk feestmaal op tafel. Een brede varieteit aan
stamppotten. Stamppotten complet. Met alles drop en dran. Zodat ik het ene wel
en het andere niet hoef. Echt, lust wel wat en zit dan ook prinsheerlijk
comfortabel te achelen. En dan wordt het donker.
Later blijkt, staat op de cover van het boek: “Ik
vond het prettig om naar je te kijken als je bezig was in de keuken”. Het is
nog niet donker. Wij wachten nog een uurtje. De foto staat binnen no time op de
plaat. Wij drinken nog wat en om elf uur ben ik weer thuis.
“Het meisje stond weer in de keuken. In de ogen van
Robert was het raam net het kleine objectief van een camera. Hij durfde niet
altijd dichtbij naar huis te komen. Hij was heel bang door haar te worden
gezien, door de politie te worden gearresteerd als gluurder of voyeur…”.
Het blijkt een verschrikkelijk, bloedig eind. The
Observer: “Patricia Highsmith schrijft over mensen zoals een spin over vliegen”
Met zo’n aanbeveling lees ik het presentie exemplaar niet. En dan de tekst “zoals
een spin over vliegen…”, hoe verzin je het. Het boek DE ROEP VAN DE UIL staat bij mij in
de boekenkast. Onaangeroerd. Ongelezen. Kijk, ik herken mijzelf wel op de foto
op de cover van het boek. Ik denk dat ik de enige ben. Een nogal prijzig
geintje om er een bestseller van te maken.
Bitter- en bitterweinig gaan over de toonbank. Ze doen maar. In de ramsj
bij antiquariaten en zelfs Bol.com heeft nog een exemplaar. Als bewijs de cover
staat op Google afbeeldingen. Een waarlijk prachtige verpakking kan de inhoud
van het boek niet verbloemen. De keerzijde van de medaille.
Nooit geweten dat jij fotomodel was geweest!
BeantwoordenVerwijderenToffe anekdote Bert.
Een lekkere cent bijverdienen.
Verwijderen